Word lid van het beste beursforum van de Benelux!

Minder advertenties (geen advertenties bij genoeg activiteit), abonneren op favoriete onderwerpen, toegang tot de chatbox, vragen stellen en kennis delen.

Waarom het beste beursforum van de Benelux? Naast de uitgebreide functies staan wij ook voor inhoudelijke en fatsoenlijke omgang met elkaar.

Binnen 1 minuut kunt u zich aanmelden.

Obligaties (algemeen)

Alles over investeren in obligaties, obligaties kopen, staatsobligaties, Fastned obligaties, bedrijfsobligaties, perpetuele obligaties, rente op obligaties, etc.
Gebruikersavatar
charel01
Forumveteraan
Forumveteraan
Berichten: 8297
Lid geworden op: 06 nov 2021 09:52
Heeft bedankt: 11524 maal
Is bedankt: 9917 maal

Re: Obligaties (algemeen)

Bericht door charel01 »

“Voor 1.000 euro bedraagt het makelaarsloon 2,50%”: HLN-geldexpert Paul D’Hoore over de voordelen én kosten van obligaties
Obligaties zijn het populairste beleggingsproduct bij zestigers. Zij schreven tijdens het laatste kwartaal van 2024 gemiddeld 10.000 à 13.000 euro in op een obligatie-uitgifte. Dat blijkt uit een onderzoek van de Belgische financiële toezichthouder FSMA. Maar wat is zo’n obligatie precies? En waarom niet voor aandelen of ETF’s kiezen? HLN-geldexpert Paul D’Hoore beantwoordt acht vragen: “Gepensioneerden kunnen zo’n vast extraatje als obligaties goed gebruiken, maar er zijn interessantere opties.”
De gemiddelde belegger in een indexfonds is een veertiger, de gemiddelde belegger in individuele aandelen een vijftiger en de gemiddelde belegger in obligaties een zestiger. Dat blijkt uit een analyse van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA). Het onderzoek bevestigt wat je intuïtief aanvoelt. Een jongere belegger is bereid meer risico te nemen en weet dat de tijd een bondgenoot is. Op langere termijn zijn aandelen altijd de beste belegging.

Waarom opteren zestigers meer voor obligaties? Omdat obligaties een vooraf bepaald rendement opleveren. Gepensioneerden vallen van hun vroegere loon terug op een karige uitkering en kunnen zo’n vaststaand extraatje goed gebruiken. Dat is het grote voordeel aan obligaties. Al zouden ze eigenlijk beter kiezen voor zogenoemde dividendaandelen.
1. Een obligatie, wat is dat?

We spreken kortweg altijd over een obligatie, maar voluit heet dat eigenlijk een obligatielening. En daarmee is de essentie al gezegd. Wie een obligatie koopt, leent zijn geld uit. Hoe lang je jouw geld uitleent, ligt op voorhand vast. Dat heet de looptijd van de obligatie. Als de looptijd erop zit, bereiken we de eindvervaldag. Op die dag krijg je je uitgeleende bedrag terug.

Om je geld te willen uitlenen, krijg je een vergoeding. Ook die ligt op voorhand vast, bijvoorbeeld 3%. Die vergoeding, de rente, krijg je elk jaar, zolang je obligatie loopt. Normaal ligt de rente op een obligatie hoger dan die op een spaarboekje. Dat is logisch. Het geld op jouw spaarboekje, blijft elke dag beschikbaar. Het geld dat je in een obligatie hebt gestopt, is pas weer beschikbaar op de eindvervaldag.

Obligaties worden zowel uitgegeven door overheden als door bedrijven, zoals recent nog Fastned. Als de uitgever een land is, spreken we van een staatslening (of een staatsbon). Als het gaat om een onderneming die geld ontleent, is dat een bedrijfsobligatie.
2. Is het nu een goed moment om obligaties aan te kopen?

Het beste moment is eigenlijk al voorbij. Eind 2023 en begin 2024 kon je nog de hoogste rente van de afgelopen tien jaar opstrijken. Intussen hebben de Europese centrale bank en de Amerikaanse Federal Reserve al enkele keren de kortetermijnrente verlaagd. De langetermijnrente — die onder meer geldt voor obligaties — volgt dezelfde richting.

Toch ligt de huidige obligatierente nog vrij hoog. Tussen april 2019 en juni 2022 zijn er in België drie jaar lang géén staatsbons voor het brede publiek uitgegeven. De rente was toen zó laag dat er toch bijna niemand nog geïnteresseerd was om een staatsbon te kopen. Vandaag bedraagt de rente op een Belgische staatslening van 10 jaar ongeveer 3,10 %.
3. Waar en hoe koop je een obligatie?

Overheden en bedrijven die geld ophalen met de uitgifte van obligaties, maken gebruik van het netwerk van een bank. Bij grote bedragen gaat het meestal om een bankenconsortium, waarbij verscheidene banken samenwerken, vaak over de landsgrenzen heen. Als jouw bank bij de plaatsing van een obligatie betrokken is, zal je daarover normaal geïnformeerd worden. Zeker als jouw bank weet dat jij geïnteresseerd bent in obligaties.

Jammer genoeg krijgen kleine spaarders en beleggers niet altijd de kans om mee te doen. Veel obligaties worden uitgegeven in schijven van minimaal 100.000 euro. Die zijn bestemd voor professionele investeerders, zoals banken en beleggingsfondsen.
Obligaties die wel aan het brede publiek worden aangeboden, zijn vaak in een oogwenk uitverkocht. Als een interessante obligatie wordt aangeboden, moet je dus metéén toeslaan, vanaf de eerste minuut van de plaatsing.
4. Wat is het interessantst: een staatslening of een bedrijfsobligatie?

In theorie is een staatslening altijd veiliger dan een bedrijfsobligatie. Om spaarders te verleiden, moeten ondernemingen een hogere rente aanbieden.

In de praktijk is de zaak toch iets genuanceerder. Een obligatie van een grote, westerse, winstgevende onderneming is vaak veiliger dan een staatslening van bijvoorbeeld Argentinië, een land dat al diverse keren in gebreke is gebleven bij de terugbetaling van zijn leningen.

Als spaarder en belegger moet je één gouden regel in acht nemen: hoe hoger de rente op een obligatie, hoe hoger het risico dat je neemt. Bedrijven die méér dan 10 % rente aanbieden, zijn duidelijk op zoek naar geld dat ze niet meer via de bank geleend krijgen.
5. Kies je voor Europese, Amerikaanse of nog andere obligaties?

Bij buitenlandse obligaties krijg je vaak een (veel) hoger rendement. Dat komt doordat je een bijkomend risico neemt: het wisselkoersrisico. Wat heb je aan een obligatie in Turkse lira met een rendement van 20% als vervolgens de waarde van de munt keldert? Op de vervaldag kopen beleggers dan vaak een nieuwe obligatie in Turkse lira, omdat ze het wisselkoersverlies niet willen slikken. Dat is jammer genoeg alleen een uitstel van executie. Daarom koop je best obligaties in euro. Zo heb je ook geen wisselkosten bij de aan- en verkoop van de obligatie.
6. Zijn er kosten verbonden aan de aankoop van een obligatie?

Officieel zijn er aan de aankoop van een nieuwe obligatie geen kosten verbonden. Maar in de praktijk zijn er vaak verborgen kosten. Zo kan een obligatie van 1.000 euro bijvoorbeeld worden uitgegeven tegen 1.010 euro. Dat is dan de emissieprijs. In die emissieprijs zit ook de plaatsingsvergoeding voor de banken. Op de eindvervaldag krijg je maar 1.000 euro terug. Als het gaat om een obligatie met een rente van 3%, zal jouw bruto rendement daardoor lager liggen dan 3%.
De banken zijn wel verplicht duidelijk te vermelden wat het netto rendement dan wél is. Dat wordt niet alleen bepaald door de meerprijs die je bij de uitgifte hebt betaald, maar vooral door de roerende voorheffing die wordt ingehouden op de rentebetalingen. Die bedraagt 30%. Aangekochte obligaties worden op jouw effectenrekening geplaatst. Daarop rekenen veel banken ook een bewaarloon aan.

Als je een obligatie aankoopt in een ándere munt dan de euro, moet je ook rekening houden met wisselkosten, tenzij je die vreemde valuta al op jouw rekening hebt staan. De wisselkosten verschillen van bank tot bank en liggen doorgaans tussen 0,50% en 3%.

Ten slotte moet je bij de aankoop van bestaande obligaties ook rekening houden met de verlopen rente. Op de volgende jaarlijkse (tussentijdse) vervaldag zal jij, als nieuwe eigenaar van de obligatie, de volledige jaarlijkse rente uitgekeerd krijgen, ook al heb je de obligatie dan nog maar een half jaar in jouw bezit. Daarom moet je als koper ook de ‘verlopen rente’ betalen aan de vérkoper. De ‘verlopen rente’ wordt ingehouden bij jouw aankoop. Bij Belgische obligaties gaat het om de netto rente. Bij buitenlandse obligaties wordt de bruto verlopen rente ingehouden, terwijl jij als koper uiteindelijk alleen de netto rente ontvangt. Daarom koop je een buitenlandse obligatie dus best zo kort mogelijk na de (tussentijdse) rentebetaling.
7. Zijn er andere manieren om obligaties aan te kopen?

Zeker en vast. Obligaties die eerder zijn uitgegeven, worden nadien vaak verhandeld op de beurs. In de vaktaal heet dat “de secundaire markt”. Zo kan je obligaties aankopen op dezelfde manier als je aandelen aankoopt. Net zoals bij aandelen, maak je daarbij bij voorkeur gebruik van een limietkoers. Dat wil zeggen: je bepaalt zelf welke prijs je maximaal wil betalen bij een aankoop (of welke prijs je minimaal wil ontvangen bij een verkoop). Zo vermijd je dat je vanwege de beursschommelingen onverwacht méér moet betalen dan je had verwacht.
Aangezien het in dit geval gaat om een beurstransactie, zal op het transactiebedrag een beurstaks van 0,12% worden aangerekend. Jouw bank of beursmakelaar zal ook makelaarsloon aanrekenen. Dat verschilt van bank tot bank. Soms gaat het om een vast percentage (bijvoorbeeld 0,50%, met een minimum van 25 euro, bij BNP Paribas Fortis). Sommige beursmakelaars rekenen een vast bedrag aan, bijvoorbeeld 25 euro. Als je dan een aankoop doet van 10.000 euro, bedraagt het makelaarsloon maar 0,25% van het geïnvesteerde bedrag. Maar als je aankoopt voor kleinere bedragen, kan de procentuele kostprijs hoog oplopen. Bij een aankoopbedrag van 1.000 euro gaat het dan om 2,50%.
8. Kan het niet wat eenvoudiger?

Zeker. Je kan je veel moeite besparen door een obligatiefonds te kopen bij een bank of een obligatietracker op de beurs. Die fondsen moeten natuurlijk beheerd worden. Je zal dus beheerskosten en eventueel ook nog instap- en/of uitstapkosten moeten betalen. Dat knaagt uiteraard aan jouw rendement. Het is de prijs die je betaalt voor het gemak en de ontzorging die de bank aanbiedt.
Bron:"HLN"
Ik leef als een kieken zonder kop en gedraag me soms zo. :oops:
Plaats reactie
HTML Button Generator